Home » Diensten » Erfrecht » Wettelijk erfrecht

Wettelijk erfrecht

wettelijk erfrecht

Als de overledene geen testament heeft opgesteld waarin erfgenamen zijn aangewezen, wordt volgens het wettelijk erfrecht bepaald wie de erfgenamen zijn.

Versterferfrecht

Wanneer u geen testament heeft opgemaakt, zijn volgens de wet de regels van het ‘versterferfrecht’ van toepassing. Het versterferfrecht kent vier mogelijke groepen erfgenamen:

  1. de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot (dan wel de geregistreerde partner) en de kinderen van erflater;
  2. ouders, broers en zusters van erflater;
  3. grootouders van de erflater;
  4. overgrootouders van de erflater.

Binnen elke groep zijn de regels van plaatsvervulling van toepassing. Plaatsvervulling wil zeggen dat als iemand uit een groep voor de erflater is overleden, zijn afstammelingen voor hem in de plaats treden. Voor 2003 werd dit nog vastgelegd in het zogenoemde langstlevende testament. Tegenwoordig is dit door het wettelijk erfrecht automatisch geregeld.

013-5321155 – Bel om een afspraak te maken voor een eerste gesprek

Wettelijke verdeling erfenis

Voor het geval een van de echtgenoten overlijdt met achterlating van afstammelingen, is in de wet een specifieke regeling opgenomen. Deze regeling heet ‘de wettelijke verdeling’. Uitgangspunt bij de wettelijke verdeling: de langstlevende echtgenoot en de kinderen zijn gezamenlijk erfgenaam, ieder voor een gelijk deel.

Langstlevende testament

Als gevolg van de wettelijke verdeling van de erfenis worden alle bezittingen van de nalatenschap aan de langstlevende echtgenoot toegedeeld. Daartegenover heeft de langstlevende echtgenoot de verplichting om ook alle schulden voor zijn rekening te nemen. De langstlevende echtgenoot krijgt de volledige beschikking over de nalatenschap.

wettelijke verdeling erfenis

Vorderingen van de kinderen

Hoewel de langstlevende echtgenoot slechts gerechtigd is tot een bepaald deel van de nalatenschap, krijgt hij/zij door de wettelijke verdeling toch alle bezittingen. De langstlevende echtgenoot krijgt dus meer dan hem op grond van zijn erfdeel toekomt. Met andere woorden: de langstlevende echtgenoot wordt overbedeeld. Hierdoor ontstaat een schuld aan de kinderen, een zogeheten ‘overbedelingsschuld’. Deze overbedelingsschuld is gelijk aan de erfdelen van de kinderen. De kinderen krijgen dus een vordering op de langstlevende echtgenoot. De vorderingen van de kinderen zijn pas opeisbaar bij het overlijden of faillissement van de langstlevende echtgenoot.

De vorderingen van de kinderen zijn rentedragend. Deze rente betreft een percentage voor zover de wettelijke rente meer bedraagt dan zes procent. Met andere woorden: wanneer de wettelijke rente acht procent is, bedraagt de rente die verschuldigd is twee procent. Ook de verschuldigde rente is in beginsel pas opeisbaar bij overlijden van de langstlevende echtgenoot. Tijdens leven hoeft de langstlevende echtgenoot dus geen rente te betalen.

Wettelijke verdeling erfenis ongedaan maken

De langstlevende echtgenoot kan de wettelijke verdeling ongedaan maken. Dit dient echter binnen drie maanden na het overlijden van de eerststervende echtgenoot te gebeuren. Zodra de wettelijke verdeling ongedaan wordt gemaakt, blijft de nalatenschap onverdeeld tussen de langstlevende echtgenoot en de kinderen. Dit betekent dat zij in onderling overleg de nalatenschap kunnen verdelen.

Let op: over de vorderingen van de kinderen (erfdeel) is reeds bij het overlijden van de eerste ouder successierecht verschuldigd, afhankelijk van de hoogte van het erfdeel.

Tip: Bespaar – of betaal helemaal geen – erfbelasting met een nieuw “langstlevende testament”

Indien u in het verleden met uw partner of echtgenoot een vruchtgebruiktestament of een ander langstlevende testament heeft gemaakt raden wij u aan deze oude testamenten door ons te laten beoordelen. Met verouderde testamentvormen wordt er waarschijnlijk te veel erfbelasting betaald door de nabestaanden.

‘Een goed alternatief zou een testament inhoudende een “wettelijke verdeling” of een “flexibel keuzetestament” kunnen zijn waarin een opvullegaat of afvullegaat wordt opgenomen.

Met een opvullegaat krijgt de langstlevende de mogelijkheid om bij het overlijden van de eerste van beiden een andere verdeling toe te passen. De langstlevende krijgt bij een wettelijke verdeling alles toebedeeld, maar moet de erfbelasting over de delen van de kinderen voorschieten. De langstlevende heeft zelf een grote vrijstelling voor de erfbelasting van ongeveer 670.000 euro (cijfers 2021) waar de kinderen een vrijstelling hebben van ieder ongeveer 21.000 euro (cijfers 2021). Als de erfdelen van de kinderen boven de vrijstelling uitkomen moet de langstlevende daar de erfbelasting over voorschieten. Door het opvullegaat toe te voegen aan het testament kan de langstlevende er, binnen acht maanden na het overlijden van de eerste van beiden, voor kiezen om stukjes van de kinderen aan zichzelf toe te bedelen en zo meer gebruik te maken van de grote vrijstelling van de langstlevende en dus minder of geen erfbelasting te betalen.

Een afvullegaat kan misschien voor u een optie zijn als u meer dan 1,2 miljoen aan vermogen heeft. Het afvullegaat biedt, naast de mogelijkheid om de vrijstelling van de langstlevende en de kinderen optimaal te benutten, ook de mogelijkheid om de tariefschijven van 10% en 20% zo optimaal mogelijk te benutten. Eerst worden alle 10%-schijven van de kinderen en langstlevende afgevuld en dan pas de 20%-schijf. Heeft u dus een groot vermogen dan kunt u ook erfbelasting besparen door een afvullegaat.’

Neemt u gerust contact op met ons voor het maken van een afspraak.

Meer weten?

Bel ons voor een afspraak.